Als Hirsi Ali, Verhagen, Wilders en de LPF roepen dat een rapport van de Wetenschappelijke Raad over islamitisch activisme geknoei is, word ik nieuwsgierig. Dit is uit de conclusie
De bevinding van het rapport is dat het islamitisch activisme wel degelijk aanknopingspunten biedt voor democratisering en mensenrechten. Ieder van de drie onderzochte dimensies toont ten aanzien hiervan een grote verscheidenheid en dynamiek. Hoewel het om fragiele aanknopingspunten gaat, en er ook nog veel onzekerheid bestaat, is het onjuist te veronderstellen dat de islam in algemene zin haaks staat op acceptatie van democratie en mensenrechten.
Het niveau van het islamitisch-politieke denken laat zien dat er inderdaad veel denkers zijn die belangrijke principes voor de inrichting van de staat, zoals de scheiding van kerk en staat, democratie, rechtsstaat en mensenrechten, afwijzen als strijdig met de islamitische beginselen en de suprematie van het islamitisch recht. Maar naast deze beeldbepalende opvattingen manifesteren zich ook steeds meer denkers die deze principes juist op islamitische gronden nastreven. Zij keren zich tegen dogmatische benaderingen die stellen dat de voorschriften van de heilige bronnen naar de letter moeten worden nageleefd. Eerder gaat het hun om de geest en de zeggingskracht van deze bronnen voor de huidige omstandigheden. Denkers met dergelijke opvattingen zijn inmiddels in veel moslimlanden te vinden, bijvoorbeeld in Indonesië, Maleisië en Egypte. Het vernieuwende denken komt zelfs voor in Iran, het land dat nu een kwarteeuw ervaring heeft met een islamitische theocratie.
Ook de recente geschiedenis van islamitisch-politieke bewegingen in de moslimwereld laat een grote verscheidenheid en dynamiek zien. Dergelijke bewegingen vormen geen homogene, onveranderlijk radicale, immer gewelddadige bedreiging. Het transnationale terrorisme dat zich toelegt op jihadische acties is natuurlijk wel bedreigend. Maar daarnaast zijn er tal van islamitische bewegingen met heel uiteenlopende aspiraties, waaronder ook groepen die zoeken naar hervormingen binnen de bestaande politieke stelsels. Bovendien hebben islamitischpolitieke bewegingen in veel moslimlanden ook hun aanvankelijk radicale houding laten varen voor een pragmatische politieke opstelling. De bewegingen die zich het meest oriënteren op de politieke arena, zoals de Moslim Broederschap in Egypte, zijn het verst opgeschoven naar acceptatie van democratische beginselen en normen. Al doende nemen ze afstand van absolute waarheden en leren ze de positieve werking kennen van democratische principes en mensenrechten.
Veel moslimlanden hebben de afgelopen decennia blootgestaan aan druk om elementen van het islamitisch recht in te voeren. De opvattingen over wat deze sharia behelst, lopen echter sterk uiteen, van zeer algemene richtlijnen tot concrete gedragsvoorschriften. Daardoor bestaan er niet alleen grote verschillen in op de sharia gebaseerde rechtsregels, maar ook in de praktische toepassing van die regels. De islamisering van het recht vanaf de jaren zeventig heeft in de meeste landen een beperkte reikwijdte gehad; uitzonderingen zijn landen als Iran, Pakistan en Soedan. Bovendien is de eerste golf van islamisering niet gevolgd door een tweede; de laatste vijftien jaar is eerder sprake van een afname van de invloed van strenge interpretaties van de sharia op het nationale recht. Ook waar de sharia formeel een rol speelt, blijkt deze geleidelijke modernisering van het recht niet uit te sluiten. Zo heeft de lijn van hervormingen van het huwelijksrecht zich ondanks het activisme in de meeste landen voortgezet. In reactie op de universele mensenrechten zijn in de moslimwereld ook ideeën ontwikkeld over islamitische mensenrechten. Tussen beide concepten bestaan naast overeenkomsten ook belangrijke principiële verschillen. Toch blijkt ook hier onmiskenbaar een tendens van geleidelijke toenadering.
Geertje heeft het allemaal op zijn website staan:
Geert Wilders (Groep Wilders – Partij voor de Vrijheid) stelt vragen aan de minister-president en de minister van Buitenlandse Zaken over het WRR-rapport Dynamiek in islamitisch activisme en de toespraak van de minister-president in Indonesië, waarin hij de islam geen gevaar heeft genoemd. www.dommelimbo.nl.
Miko Flohr, 12/04/2006