Maffiamaatjes. Ik was het even vergeten, maar dat was het. Maffiamaatjes – de term die Jort Kelder vier jaar geleden gebruikte om de verstandhouding tussen Bram Moszkowicz en Willem Holleeder aan te duiden. Het leidde tot een rechtszaak, die Moszkowicz verloor, en nogmaals verloor, en tot de drie kwartier durende live uitgezonden persverklaring – alsof Bram de koning was die troonsafstand deed, zo keek Nederland naar zijn verhaal – het verhaal van ‘infaam en abject’. Jort had raak geschoten, en Bram was boos. Heel boos. En toen kreeg hij geen gelijk, en was hij nog bozer. Het was een raar gebeuren. De pers hing aan zijn lippen, en gaf De Advocaat Met De Mooie Bentleys En Het Grote Ego alle ruimte waar hij maar wilde zijn verhaal te doen – haast alsof ze bang waren dat hij ze zou vervolgen als ze het niet zouden doen.
En nu zijn we vier jaar verder, en Bram is nog steeds boos. In zijn eer aangetast. Door het systeem genaaid. Althans, dat vindt hij zelf. En dat treft, want zijn cliënt is ook boos, in zijn eer aangetast, en door het systeem genaaid. Althans, dat vindt hij zelf. Wat nog beter uitkwam, was dat het systeem besloot dat het eens ging kijken of de client in kwestie wellicht een mooie testcase zou kunnen zijn voor wat wetsartikelen over haatzaaien en meningsuiting die toch dringend eens afgestoft moesten worden. Dat vonden ze wel een interessant plan, de mensen van dat systeem. Gewoon, intellectueel enzo. Dus zo geschiedde. Een zaak werd geopend, en Bram en Geert zagen hun kans schoon: dat hele systeem zou gesloopt worden.
Het moet gezegd, ze liggen aardig op koers, onze vrinden. Ze krijgen de nodige medewerking ook. Ten eerste van het systeem zelf. Het kost de nodige moeite om te begrijpen hoe het kan dat een zaak waarvan het OM eigenlijk sowieso al vond dat ie er niet zou moeten zijn en waarin het OM vrijspraak pleitte nu al een jaar voortsuddert. Ten tweede van de mensen die binnen het systeem opereren, geleerden die ongetwijfeld specialisten zijn in de letter, maar de geest maar niet lijken te kunnen lezen. Alsof ze niet willen snappen welke strijd hier gevoerd wordt: dit is niet een verdediging die aanstuurt op vrijspraak. Dit is een verdediging die aanstuurt op politiek (en electoraal) effect, en vrijspraak als vanzelfsprekend beschouwt. Kijkt u niet raar op als Moszkowicz zelfs bij vrijspraak nog in beroep gaat vanwege een zinsnede in het vonnis die net niet helemaal goed valt. Dat zou onderdeel van het plan kunnen zijn: jullie willen oorlog? Dan krijgen jullie oorlog. Totale oorlog. Tot het bittere eind. En wij winnen. Het heeft allemaal iets van een soort van tribale vernederingsdrang. Ten derde, Moszkowicz speelt het spel keihard, maar hij speelt het steengoed. Ik kijk er met een mengeling van afgrijzen en bewondering naar: afgrijzen vanwege de intentie die ik meen waar te nemen, en het enorme gewicht dat wordt gehecht aan zaken die voor de uiteindelijke zaak slechts beperkt relevant lijken te zijn, maar bewondering vanwege de scherpte en het gore (dat dan weer wel) lef.
Maar voor onze rechtsstaat is het denk ik allemaal niet zo best. Het mes snijdt namelijk aan twee kanten: stel dat u Moszkowicz en Wilders steunt, dan vond u de gerechterlijke macht vermoedelijk de hele tijd al incompetente linkse pummels. Arrogant, Infaam en Abject. Maar stel dat u, zoals ik, Moszkowicz en Wilders een beetje irritant vindt in hun getraineer en gezeur, dan is de kans groot dat u de leden van de gerechterlijke macht inmiddels óók incompetente pummels vindt, omdat ze er maar niet in slagen een eind te breien aan dit mediaspektakel, sterker nog, steeds opnieuw weer dat kleine beetje ruimte geven waar de Advocaat vervolgens middenin springt. Geef Koning Bram één vinger, hij neemt de hele hand, en de onderarm erbij. Jammer, dat is het wel. Kunnen we nog seponeren?
Miko Flohr, 16/04/2011