Goed. Ik zit hier dus in Pompeii onderzoek te bedrijven. Ideaal moment voor een gezond potje basiseducatie ab fundamento. Pompeii? Is dat niet die Romeinse stad van die vulkaan? Wel. Laten we aannemen dat u ongeveer zover was. Iets met Romeinen, een stad en een vulkaan. Daar zit al gelijk een kleine adder onder het gras, maar daar kom ik later op. Pompeii werd – inderdaad – samen met Herculaneum, Stabia en een hele rits dorpen, gehuchten en villa’s – van de kaart geveegd in het jaar 79 des onzes heren. Van de uitbarsting zelf bestaat een ooggetuigenverslag, en vulkanologisch onderzoek in de laatste decennia geeft een vrij gedetailleerd beeld van het verloop van de ramp, die zich aankondigde met een stevige knal vroeg in de middag en vervolgens gedurende minstens twee volle dagen dood en verderf zaaide in de hele regio.
U moet zich voorstellen dat de baai van Napels rond deze tijd de achtertuin van de Romeinse elite was: hier hadden de keizers en senatoren hun buitenverblijven. Hier stierven keizers als Augustus en Tiberius. Hier liet keizer Nero zijn moeder Agrippina vermoorden. Denkt u rustig aan de Franse zuidkust tussen Monaco en St. Tropez. Denkt u rustig aan Bunga Bunga. Voor het geval u nooit in deze streken geweest bent kan ik daarbij vertellen dat het contrast met de baai van Napels – anno 2011 vooral ‘s lands afvoerputje en vuilnisbelt – vrijwel niet scherper kan. Als u er ooit geweest bent, en het is u niet opgevallen, dan moet u vermoedelijk uw zintuigen eens laten nakijken. Vooral uw oren en uw neus.
Maar goed. Het maken van flauwe grappen over het Napolitaanse laat ik verder graag aan Silvio en zijn noordelijke separatistenvrindjes. Mij ligt de streek na aan het hart – maar ik ben dan ook geen Italofiel. Terug naar Pompeii nu. Een ding moet u niet vergeten: op het moment dat de lavaprop de hemel in werd geblazen, wist men in Pompeii waarschijnlijk nauwelijks wat er aan de hand was. De laatste uitbarsting van de Vesuvius was honderden jaren geleden, maar in orde van grootte onvergelijkbaar. Wel waren er veel aardbevingen geweest, maar als men al wist wat een vulkaan was, wist Jan met de Pet vermoedelijk niet dat de Vesuvius er een was. Het was een stevige puist, en je kon er aardig druiven telen – dat was het idee. Dit is belangrijk, omdat als men meteen begonnen was met vluchten, er voor velen een reële kans op overleven was geweest. Maar velen wachtten thuis totdat het over ging – vaak met het hele gezin in één kamer. Daar zijn ze dan ook vaak gevonden door archeologen. Of ze ondernamen op het laatst (let wel: de volgende ochtend!) toch een vlucht en kwamen terecht in een van de pyroclastische aswolk (à 600 graden – roostert uw longen instantly) – en dan vindt men ze ergens tussen de lagen as en steen, meters boven de grond. Hoevelen succesvol zijn gevlucht weten we niet – archeologen hebben ongeveer 1250 lichamen geborgen. Wel weten we – via het ooggetuigenverslag van Plinius – dat men in Stabia (nog geen vijf kilometer verderop) deels heeft weten te ontkomen. Het was geen uitgemaakte zaak, maar je moest wel even weten wat er aan de hand was, en beseffen wat er moest gebeuren. En daar zat ‘m vermoedelijk voor velen de crux. Niets raars aan, overigens: bij de uitbarsting van de Pinatubo op de Filipijnen wilden sommige natives niet mee omdat ze de heilige plaatsen moesten bewaken en de goden moesten verzoenen – fuck de westerse wetenschap. Onze goden weten beter. Na de twin tower attacks – gek genoeg op dit punt niet onvergelijkbaar – schijnen er mensen te zijn geweest die als een gek backups gingen maken van harde schijven – daarmee de laatste kans op overleven verspelend.
Nadat de woede van Vulcanus geluwd was, en het terrein zover was afgekoeld dat het weer begaanbaar was, zijn er – ook dat weten we vrij zeker – overlevenden teruggekeerd om te redden wat er te redden viel. Blijkbaar stak er nog voldoende van de stad boven het puin uit om je te kunnen orienteren. Waar eens het forum was, was vermoedelijk een depressie – en hetzelfde gold voor het amfitheater. Veel van de marmeren beelden en bekleding van het forum, en veel van de stenen zetels van het amfitheater zijn tijdens moderne opgravingen nooit aangetroffen. Ergo: ze waren al eerder verdwenen. Sommige schatzoekers lijken zeer gericht op hun doel af te zijn gegaan en lijken in specifieke huizen naar specifieke zaken te hebben gezocht. Feit blijft dat het verder wel afgelopen was: er is geen enkele poging ondernomen om Pompeii te reanimeren of om op dezelfde plek een andere stad te bouwen. Vermoedelijk vond het gebied een bestemming als akkerland – en dat is het, deels, tot op de dag van vandaag: bovenop de niet opgegraven delen van Pompeii kweekt men anno 2011 groente en fruit. Vulkanische grond is nou eenmaal erg vruchtbaar.
Of Pompeii nou echt helemaal vergeten werd is niet helemaal duidelijk. Tot in de vierde eeuw produceerde men in de Romeinse wereld kaarten waar Pompeii gewoon op stond (dat kwam overigens omdat men oude kaarten gewoon letterlijk overnam). Interessanter: in de volksmond stond de heuvel die Pompeii was geworden al lang voordat de opgravingen begonnen als ‘la civiltà’. Wellicht was er toch meer zichtbaar dan wij geneigd zijn te denken, of blijft dat soort kennis simpelweg erg lang hangen. Er woonde overigens vrijwel niemand: het moderne stadje Pompeii is pas ná de opgraving ontstaan. In de zestiende eeuw kwam bij de aanleg van een ondergronds kanaal het ene na het andere marmeren beeld tevoorschijn. Vermoedelijk wist men toen wel ongeveer hoe laat het was. De klassieke ‘ontdekkingsdatum’ (in 1748), is meer het moment waarop men begon om de bedolven stad weer boven de grond te halen – men dacht toen overigens dat men Stabia had gevonden. Pas later werd duidelijk dat het Pompeii was.
Miko Flohr, 20/06/2011