Historisch trauma en antisemitisme

De staatssecretaris, die naar ‘de islamitische jongeren’ wijst en zegt dat ‘ze voor een heel groot deel onze normen niet onderschrijven’. De minister-president, die spreekt van een ‘integratieprobleem’ dat om ‘een krachtige aanpak’ vraagt. De partijleider, ex-minister, die afgeeft op ‘linkse partijen die betwisten dat er een integratieprobleem is’. De christendemocratische fractievoorzitter, die niet aarzelt en de onlusten Amsterdam schijnbaar schaamteloos en doelbewust, koppelt aan de meest duistere periode uit de geschiedenis van het Europese continent. De machtigste politicus van het land denkt de gemoederen tot bedaren te brengen met een oproep de verantwoordelijken het land uit te zetten. Meerderen schrijven wat er gebeurde zonder voorbehoud toe aan ‘antisemitisme’. Ik heb het allemaal met verbijstering gelezen. De eenzijdigheid is onverkwikkelijk. Waar zijn ze mee bezig?

Dertien Maanden  

Dertien maanden duurt de oorlog in Gaza al. Dertien maanden van grof geweld, uithongering, ontheemding, dood en verderf. Dertien maanden waarin rechtse politici en journalisten in Nederland voortdurend hebben geprobeerd om ieder protest tegen het extreme geweld van Netanyahu te smoren, verdacht te maken, te verbieden.

Dertien maanden waarin er geen dag voorbij ging of Nederlanders met een migratieachtergrond werden van antisemitisme beschuldigd als ze wezen op de enorme hoeveelheden onschuldige doden in Gaza of als ze het in woord opnamen voor de vrijheid van Palestijnen. Dertien maanden waarin grote groepen Nederlanders tot vreemden werden gemaakt in hun eigen land – omdat ze niet het leidende Europese narratief over de oorlog in Israël wensten te onderschrijven, en ook nog eens wortels hadden buiten Europa – ‘Dan ga je toch lekker zelf in Gaza wonen’.

Historisch Trauma

Het historische trauma van de Holocaust is diepgeworteld in de Nederlandse samenleving. Dat is volkomen begrijpelijk, en dat moet nog heel lang zo blijven. Maar historisch trauma kan óók een spiegel worden die vooral de eigen verdriet, pijn en schaamte weerkaatst, en die daarmee ook je blik op de realiteit beperkt. Het collectieve trauma van de Holocaust maakt dat de Nakba – de verdrijving van de Arabieren uit Palestina in 1948 – buiten het gezichtsveld ligt van veel Europeanen.

De massale ontheemding van de Palestijnen, die tot op de dag van vandaag voortduurt en een allesbepalende stempel drukt op het Midden Oosten, is niet meer dan een voetnoot in het in Nederland dominante verhaal van de onstaansgeschiedenis van Israël. Teveel Nederlanders zijn daardoor niet in staat of hebben nooit geprobeerd het verdriet en de pijn te zien van de families die destijds ontheemd zijn geraakt, en sindsdien door  omstandigheden nooit meer hun plek hebben gevonden.

Dit is waar het mis gaat: voor groepen Nederlanders met een migratieachtergrond is juist de Nakba het leidende trauma in deze tachtigjarige oorlog – het onrecht van 1948, dat niet alleen nooit is rechtgezet, maar bovendien nog steeds aan alle kanten ontkend, gebagatelliseerd, en gemarginaliseerd wordt. Voor sommigen is dat omdat ze uit families komen die van oudsher een culturele affiniteit hebben met de Palestijnen. Voor anderen, zoals ik, is dat omdat ze wortels hebben in de Nederlandse koloniale wereld, en een persoonlijk geschiedbeeld meedragen dat sterker getekend is door imperialisme, dekolonisatie en ontheemding dan door de holocaust – historische krachten waarmee het conflict tussen Israëli’s en Palestijnen ten diepste vergroeid is geraakt.

Nederlanderschap op gelijke voet

Het ene geschiedbeeld is niet beter of vollediger dan het andere – ze zijn allebei onvolledig, en met die onvolledigheid brengen ze beide schade toe aan onze samenleving – maar in de politieke dynamiek van de afgelopen dagen was het ene geschiedbeeld volledig normatief, en kreeg het andere geen plek. Daardoor werd een interpretatie gegeven aan de rellen die gekleurd en onjuist was – en werd een grote groep Nederlanders voor wie het Israëlische geweld in Gaza zeer pijnlijk en ontwrichtend is botweg weggezet als ‘slecht geïntegreerd’. Moreel Nederlanderschap blijft, voor mensen van kleur, altijd iets voorlopigs, dat je zomaar ontnomen kan worden als je je niet naar de vigerende norm voegt.

Dit kan zo niet doorgaan. Om op gelijke voet samen te kunnen leven, moeten we elkaars historische trauma willen zien – en niet alleen dat van de ander, maar óók dat van onszelf. In onze collectieve benadering van het conflict tussen Israëli’s en Palestijnen moet er niet langer vooral plaats zijn voor het Europese trauma van de Holocaust, maar een net zo centrale plek komen voor de Nakba en de Palestijnse ontheemding, voor de mate waarin die nu nog doorwerken in het Midden-Oosten, en voor de manier waarop die bepalend is voor het denken van veel Nederlanders met wortels buiten Europa.

Dat is niet alleen omdat wij, Nederlanders met een migratieachtergrond, er recht op hebben dat ons perspectief gelijkwaardig meeweegt in het publieke gesprek – maar óók omdat iedereen in Nederland zich ervan bewust moet zijn dat het leidende Europese perspectief op de geschiedenis van de twintigste eeuw vooral dat is: een Europees perspectief, dat er van buiten Europa bezien vaak erg beperkt uit ziet.

Miko Flohr, 13/11/2024