Infadels

Ook ik was in Doornroosje bij Infadels afgelopen dinsdag en ook ik vond het een geslaagde avond. Ik hou niet van labeltjes, maar in de betere platenzaak kunt u dit vinden onder de noemer ‘britse hyperdancediscopunkrock’. Ik zou u overigens afraden om het tot een CD te laten komen, want Infadels is live veel leuker. Ze zullen ongetwijfeld het een en ander gebruiken, want het is af en toe op het manische af en muzikaal is het allemaal redelijk basaal, maar als ze eenmaal op dreef zijn, is er geen houden meer aan. Een springerige zanger die eigenlijk beter tot zijn recht zou komen als diva in een bontjas. Een quasibijdehante gitarist die af en toe in de meest coole houdingen weet te verstenen. Een beest van een bassist. Een drummer die zo strak speelt dat het uit een blikje lijkt te komen. En een toetsenist. Een toetsenist? Nee, een manische idioot die met rechts op een snaredrum staat te hengsten en met links aan knoppen draait en af en toe een riedeltje produceert maar vooral voortdurend in beweging is. De zweetdruppels spatten ervanaf. Het keyboard deint vervaarlijk mee, maar valt niet om. Alles gaat net goed. Her en der staat in het publiek een meisje van zeventien te dicht bij het podium en met te nette kleren aan. Een korte toegift. Nijmegen, East London gives you respect. East London, het was mij een waar genoegen. Maar volgende keer niet allemaal hetzelfde pakje an graag…

Miko Flohr, 06/04/2006

9 en 10 mei

Ik heb er zin in, zij niet:

Personally, one of the things I find hardest is being part of the whole Radiohead thing’ admits Thom, ‘and I’m not really interested in that anymore. I’m trying to work out what exactly it is that keeps me wanting to do it. None of us really want to be part of that band, like that anymore, just because it’s a particular monster. And you don’t want to be in this situation where you’re just feeding the monster. It should be the other way around, whatever that means!’

ateaseweb.com

Miko Flohr, 05/04/2006

De Lift (2)

En toen belandde ik zomaar in de lift met Diegene Met Wie Het Nooit Meer Goed Komt (zie hier). Je hebt ongemakkelijke situaties en ongemakkelijke situaties en dit was er duidelijk een uit de tweede categorie. Een korte, vreemde, wellicht ietwat geamuseerde glimlach begroette mij en omdat ik niet vies ben van een pseudo-ontspannen schijnbegroeting deed ik mijn oordoppen uit (White elephants, sitting ducks, I will rise up) en zeg ‘hoi’. De bal ligt daar. Een afgemeten ‘hallo’ gevolgd door het afwenden van de blik bezorgt mij in raptempo opnieuw balbezit en maakt duidelijk dat ik dat, als mijn leven mij lief is, beter kan koesteren. Dat doe ik dan maar. Had er een verborgen camera gehangen, dan was het een vermakelijk schouwspel geweest. De oordopjes hangen slap uit mijn rechterhand, zachtjes gaat de muziek verder (Little baby’s eyes, eyes), in mijn linkerhand een golden delicious. Ik knabbel dan maar wat aan de appel. 5 – 4 – 3 – 2 – 1… de lift stopt. 0. Ik moet naar de fietsenkelder, dus blijf staan, maar besef dat ik boven verkeerd gedrukt heb, en dat de lift dus nu speciaal voor mij stopt – en vooral: voor niets. Ik mompel iets half verontschuldigends, maar breek het halverwege af omdat de enige reactie bestaat uit het samentrekken van wat spieren in het gezicht. Ik word niet geacht dit gewapende bestand te doorbreken. De deuren gaan weer dicht en de lift begint aan het laatste stukje. Wat haat ik dit. Een enorme walging maakt me van zich meester – niet gericht op mezelf of de ander, maar op het bestaan van dit soort dingen in het algemeen, het eenzijdig opzeggen van vriendschappen zonder duidelijke… tsja… feitelijk zonder reden. Snel doe ik mijn doppen weer in (destinati a perdersi in spazi troppo piccoli) en bij het opengaan van de deuren loop ik subiet naar buiten, richting fiets, om terstond te ontdekken dat het nog hagelt ook. Het komt nooit meer goed, maar erger is nog dat ik op het punt sta een natte broek op te lopen.

Miko Flohr, 04/04/2006

[#$@%] doet het

En dan nu het laatste nieuws uit Den Haag:

[#$@%] wil zich onderscheiden op drie terreinen: doen wat je belooft, Nederland ondernemender maken met minder bureaucratie en een forse belastingverlaging. [#$@%] zegt over de streep te zijn gehaald door gewone […], niet de ‘inner circle’ […]. ‘Mensen zeiden tegen me: Jij kunt van de […] de grootste partij maken.’ [#$@%] kreeg te horen dat Nederland leiders nodig heeft die staan voor wat ze zeggen en dat [#$@%] iemand was die eindelijk consequenties durfde te verbinden aan wat ze beloofde. [#$@%] ziet zichzelf als een nieuwkomer met een fris geluid die de taal spreekt van de mensen.

Vraag: wat is de voornaam van [#$@%] en waaraan zou je dat af kunnen leiden?
a). Pim
b). Rita
c). Geert
d). Wouter
e). Joost

Miko Flohr,

De Fuik

Een jaar lang loop je regelmatig ‘s nachts door de een van meest vuige buurten in Rome, tussen zwervers en illegalen. Napels is herhaaldelijk getrotseerd, zowel bij nacht als bij ontij. In Washington DC, de meest dodelijke stad van de USA, moest ruim na elven ‘s avonds het meest dodelijke deel te voet worden getrotseerd om bij de Greyhound te komen en in LA moest, om van de Greyhound de stadsbus te bereiken, een uitermate onplezierige route worden afgelegd. En altijd ging het goed. New York, Londen, Parijs, geen punt. Al die keren in de nachttrein, nooit wat gebeurd. En dan zou het in Nijmegen bijna misgaan?!

Toch ging het vanavond bijna mis. Mijmerend over allerlei keuzeperikelen (zie hier) maakte ik een van mijn avondlijke ommetjes, dat doe ik wel vaker, doch zelden op zaterdag, dus ik had besloten het stadscentrum te mijden wegens te druk en volgde de Oranjesingel richting Trajanusplein. Bij de Berg en Dalse weg rechtsaf en dan zo terug. Keurige buurt, niets aan de hand, voor mij liepen twee schijnbaar slome knuppels die dronken terugliepen na een avond teveel zuipen in de stad (NEC had gewonnen van Heerenveen), ik had ze wel gezien, maar schonk er verder geen aandacht aan, muziekje op, je kent dat. Op een gegeven moment merkte ik dat de linker knuppel was blijven staan terwijl de rechter knuppel zich omgedraaid had en mijn richting uit liep me aankijkend of hij iets wilde gaan vragen. Ik signaleerde meteen dat het feitelijk niet om stomdronken knuppels ging maar om twee junks die wellicht wat van mij wilden en besloot, mijn tred iets verhogend, iets van mijn lijn af te wijken omdat ik anders wellicht in een fuik zou kunnen belanden. De reactie van de rechter knuppel overtuigde mij terstond van mijn gelijk, hij versnelde ook zijn pas en liep nu recht op mij af. Fijn hoor, gelijk hebben, maar nu even niet. Ik kon nog net tussen hem en de auto rechts van mij door en maakte dan maar helemaal rechtsomkeerd. Het geschreeuw van de knuppel liet er geen twijfel over bestaan dat ik hem in het hoenderhok had gegooid en ik besloot schaamteloos eieren voor mijn geld te kiezen en ging over van wandelen op rennen.

Hij ook… HIJ OOK!

Gelukkig was hij een junk en heb ik een normale fysieke conditie, dus ik had hem vrij snel gelost. Hij bleef nog wat naijlen, maar liet het er verder dan maar bij zitten. Ik twijfelde nog even over de Berg en Dalse weg, maar voor mijn gemoedsrust (daarom wandelt men immers laat op de avond) vond ik het beter af te zakken via de Pontanusstraat en de Javastraat.

Na een minuut of vijf kwam de schrik. Korte tijd werd ik volledig beheerst door visioenen over messen, bloed, kofferbakken en andere dingen waar men in het donker op een schaars verlichte straat helemaal niet aan wil denken. Voortdurend keek ik achterom en na iedere hoek schatte ik nauwkeurig mijn kansen in om zo veilig mogelijk weg te komen voor het geval dat. Je weet dat het onzin is, je weet waardoor het komt, maar toch word je even een half uur een neurotische kip zonder kop.

De volgende stap is de existentiële fase, niet minder melodramatisch, waarin carpe-diem-achtige conclusies worden verbonden aan het bijna fatale incident. Het leven is immers maar kort en dus blablablablabla. Morgen ga ik een brief schrijven.

Miko Flohr, 02/04/2006

Manoevreren

In het onderhavige geval zit de hoofdpersoon in kwestie vier dagen voor de deadline van de vacature wijn te nippen achter het scherm van de laptop en zich af te vragen wat te doen. De kansen zijn uitgesproken klein. Men wil iemand anders, men weet nog niet wie, maar iemand die het vrijgekomen gat helemaal op kan vullen en het -andus reeds van zijn titel heeft mogen schrappen. Nader informeren heeft duidelijk gemaakt dat een reactie zijnerzijds niet bepaald verwacht wordt. Er heeft een zachte afrading doorgeklonken in de stemmen van hen die erover spraken. Naar verwachting heeft het schrijven van een brief dus weinig zin.

Aan de andere kant sijpelen er steeds meer geruchten door die erop duiden dat het aantal gegadigden nog weleens tegen zou kunnen vallen, dat een aantal lieden voor wie interesse zou kunnen bestaan niet de moeite gaan nemen en dat het dus best zo zou kunnen zijn dat er zich gedurende het proces onverwachte kansen voordoen. De hoofdpersoon in kwestie is danwel ondergekwalificeerd, maar veel anderen niet minder – of zelfs meer nog. Met een vijfje meedoen om de hoofdprijs van de loterij, doen of laten?

  • A. Laten, natuurlijk, want een dergelijke sollicitatie zal opgevat worden als halsstarrige koppigheid en er zou misschien wel irritatie kunnen ontstaan bij lieden die zowel advies hebben gegeven als knopen moeten doorhakken omdat het advies in de wind is geslagen. Dat is het niet waard, de kansen zijn immers erg klein. Bovendien is de hoofdpersoon momenteel een boek aan het schrijven. Dat kost tijd genoeg. En laat hem ophouden met dat streberige gedoe de hele tijd.
  • B. Toch maar doen, want niet geschoten is niet alleen sowieso altijd mis, maar door niet te schieten kan men zichzelf wel degelijk in de voet raken als het om de verkeerde reden gebeurt. Bovendien is het een kans die mooi past in iets wat misschien zelfs een carriëreopbouw zou kunnen heten, waar die ook heen moge gaan en iets waarvoor de hoofdpersoon zeer gemotiveerd is. En met een beetje passen en meten moet het allemaal precies kunnen. Wat valt er te verliezen, behalve een avondje ploeteren op een brief?

Kortom, wat wordt het, op z’n Braafbants of op z’n Amerikaans? … en peinzend stond de hoofdpersoon op om nog wat bij te schenken.

Miko Flohr,

Het nut van inteelt

Dit is GEEN slechte één-april-grap, die hadden ze in België al (gratis zonnebankkuren tegen winterdepressie wegens late lente)

…Het gezin woont op het platteland van Turkijke en bestaat uit 19 kinderen. Drie daarvan kunnen zich uitsluitend op handen en voeten voortbewegen, terwijl een andere zoon en dochter alleen incidenteel op twee benen kunnen lopen. De viervoetigheid van het vijftal vloeit voort uit een genetisch defect dat schade aan het cerebellum in de hersenen heeft veroorzaakt. Dit hersendeel is verantwoordelijk voor de balans en de bewegingen van het menselijk lichaam. Beide ouders kunnen normaal lopen, maar zijn wel nauw verwant aan elkaar. Dat voedt de speculatie dat zij een unieke combinatie van genen aan hun kinderen hebben doorgegeven.

Zie www.planet.nl (d.d. 8 maart). Met dank aan Marieke. Zie ook The Times (d.d. 7 mrt).

Miko Flohr, 01/04/2006

Niet voor niets

Al dat geploeter de afgelopen weken heeft dan in ieder geval tot resultaat geleid: waarschijnlijk wordt het artikel from hell geplaatst in de volgende BABesch, die in 2007 uitkomt. Ik had er eigenlijk niet meer op gerekend en ben nog niet helemaal overtuigd dat er geen grote onzin staat, maar laat ik niet mopperen, het werd door mijn begeleider omschreven als een ‘fantastisch artikel’. Dan zal het wel ergens over gaan.

Miko Flohr, 30/03/2006